Quickie
Ik sta aan de kassa in de supermarkt. Goh, dit duurt zooo lang. Daar heb ik geen geduld voor. En ik heb nauwelijks iets gekocht. Twee appels en een reep chocolade. Als je zo weinig hebt gekocht, zou je toch niet zo lang mogen aanschuiven?
Misschien moet ik iets bedenken. Voorzichtig wring ik me langs een kleine mevrouw naar de band waarop alle producten liggen. Ze kijkt boos. Hé, ik probeer niet voor te steken, hoor! Ik wil gewoon iedereen helpen.
Ik werp een blik op de band. Hoe traag gaat die? Dat moet beter kunnen. Ik neem een kleine schroevendraaier uit mijn zak, ooit geleend van Slungel. Ik spring onder de band en draai aan enkele vijzen. Ik hoor de motor versnellen. Tevreden kom ik recht. De band gaat nu heel wat sneller, dus ik sluit weer achteraan in de rij aan.
Maar de band vertraagt niet meer. De producten die erop liggen hotsen en botsen over elkaar. De kleine mevrouw strekt haar armen uit, maar ze kan haar kattenvoeding en bloemkool niet meer tegenhouden. Komkommers en blikjes tonijn vliegen door de lucht. Ik hoor geroep en gegil.
Ik maak me klein en doe alsof mijn neus bloedt.
O o.